Olga Koster

Olga Koster

1e stuurman op de kleine handelsvaart

Geboren: 1988
Zeekadetkorps: Commandant Zeekadetkorps Heerhugowaard
Lid sinds: 2002

Ik ben lid van het Zeekadetkorps Heerhugowaard geworden nadat een vriendin een heleboel leuke verhalen had verteld over de kadetten. Ik zat toen net in de 3e klas van het VMBO en had op dat moment juist mijn vakkenpakket gekozen waar ik eindexamen in zou doen. Na een paar maandjes zeekadetten begon de zeevaartschool aantrekkelijk  te worden en ben ik met mijn mentor gaan praten.

Het ms Freya van rederij Holwerda.
Olga Koster met een van de zeekadetten aan boord van de 'Abel Tasman' van het Zeekadetkorps Heerhugowaard.
Twee containerfeeders in het Kielerkanaal.
Een containerfeeder naast een containerschip dat de oceanen oversteekt.
Het ms Sardius van rederij De Bock Maritiem, vast in het ijs.
Olga Koster aan boord van het ms Sardius.
Olga Koster is commandant van het Zeekadetkorps Heerhugowaard.

Na dit gesprek bleek dat ik voor de zeevaartschool eigenlijk het verkeerde vakkenpakket had gekozen. Ik had er namelijk geen natuurkunde bij zitten (gelukkig wel wiskunde en scheikunde). Ik heb me uiteindelijk toch ingeschreven op de zeevaartschool in IJmuiden. Dat is het Nova college, dat  voor de nautische opleidingen samen werkt met scholen in Amsterdam, IJmuiden, Den Helder en Harlingen: de Maritieme Academie. Tijdens de lessen natuurkunde bleek dat ik wel aardig mee kon komen met de rest van de klas. Na mijn eindexamen VMBO (theoretische leerweg) in 2004 ben ik naar IJmuiden verhuisd en heb daar drie jaar op kamers gezeten.

Ik ging toen door op de MBO- opleiding tot maritiem officier (MAROF). In het 2e jaar mocht mijn hele klas mee met het zeilschip de ‘Stad Amsterdam’, omdat de zeevaartschool op dat moment 100 jaar bestond. Deze reis ging van Rotterdam naar de Noordspaanse havenstad Vigo. Aan boord van de ‘Stad Amsterdam’ ben je niet alleen maar passagier. Je bent daar met de bemanning samen bezig met het werk aan boord.

Mijn stage heb ik gelopen bij de rederij Holwerda (Holwerda Shipmanagement bv). Tijdens  mijn stage heb ik op vier verschillende schepen gevaren: de ‘Marja’, de ‘Freya’, de ‘Gotland’ en de ‘Vanquish’. Dit zijn schepen van 100 tot 136 meter (GT van 3000 tot 7600) Tijdens de stage moest ik aan dek en in de machinekamer meelopen. Over beide werkplekken moest ik een verslag maken.

Na het behalen van mijn diploma ben ik rederij Holwerda aan de slag gegaan als 2e stuurman. Deze rederij heeft op dit moment acht containerfeeders. Containerfeeders zijn containerschepen, die tussen de grote wereldhavens (zoals Rotterdam) en kleinere havens varen. Of tussen de kleinere havens. De schepen van rederij Holwerda varen voornamelijk in de Oostzee en maken daardoor  vaak gebruik van het Kielerkanaal, dat de Noord- en de Oostzee verbindt. Die kortere weg is voor containerfeeders heel gewoon. Andere schepen varen meestal om Denemarken heen.

Tijdens mijn wacht  aan dek moet ik controleren of de containers op de juiste positie komen te staan, ben ik bezig met het smeren van de winches en de luiken of ben ik bezig met het controleren van de veiligheids- en brandblusmiddelen. Tijdens mijn  wacht op de brug ben ik bezig met de navigatie van het schip. Omdat deze schepenbest veel vaart kunnen maken, loop je een heleboel andere schepen op. Omdat je ook veel in kust- gebieden vaart, moet je hierbij van tevoren bekijken of je wel aan de juiste kant oploopt of dat je anders in de knel komt met een verkeersscheidingsstelsel of een zandbank.

Ik heb het laatste jaar voornamelijk op de ‘Elisabeth’ en de ‘Freya’ (twee zusterschepen) gevaren, maar ik word ingezet waar ik  nodig ben. Het afgelopen jaar heb ik voor het eerst ook in het ijs gevaren en ook een aantal dagen vast gelegen in het ijs.

Sinds oktober 2010 vaar ik bij rederij De Bock Maritiem waar ik sinds eind 2011 als 1e stuurman aan de gang ben.

Tegenwoordig ben ik voornamelijk bezig met het afladen van het schip en het aansturen van de matrozen. Omdat dit een andere tak is dan op de containerfeeders heb ik er erg aan moeten wennen dat niet alles zo snel gaat, voornamelijk met het laden, maar ook de vaart is minder. Hierdoor moet je vaker over je schouder gaan kijken.

Wat mij vooral boeit is dat je niet continue de zelfde lading hebt. Het is een uitdaging om iedere keer weer zoveel mogelijk lading mee te nemen.

Meestal ben ik de enige vrouw die aan boord is. Dat is geen probleem maar je moet je aanpassen aan de leefomgeving aan boord. Sommige zeelieden uit ander landen hebben wel eens moeite met een vrouw aan boord.

Ik ben nog steeds actief bij de zeekadetten. Ik ben officier bij het Zeekadetkorps Heerhugowaard.